Deze website maakt gebruik van cookies om ons te helpen uw gebruikerservaring te verbeteren. Meer informatie of Accepteren
Stade advies

Huurdersparticipatie? Een misverstand is zo ontstaan!

10 november 2020

Communicatie in het overleg tussen huurders en corporaties speelt een belangrijke rol. Als de samenwerking soms even niet zo lekker loopt, wordt al snel naar de communicatie gewezen als ‘schuldige’ voor het stroever verlopen van de samenwerking. Maar zelfs als we denken dat de samenwerking goed gaat, kan de communicatie tekortschieten.

Een oud- collega zei altijd: ‘Communicatie is zo dicht mogelijk langs elkaar heen praten’.  Als adviseur en ondersteuner voor bewonerscommissies en huurdersorganisaties kan ik deze stelling bevestigen. Mensen zijn goed in langs elkaar heen praten. Het samen in gesprek zijn van huurders en verhuurder betekent niet altijd dat ze elkaar begrijpen. Ze zitten weliswaar aan dezelfde overlegtafels en gebruiken soms dezelfde woorden, maar de interpretatie die zij aan die woorden geven is vaak een heel andere.

Op de keper beschouwd zijn de doelen die huurders en verhuurders nastreven hetzelfde: goede, betaalbare en duurzame woningen in een fijne buurt. Maar hoe komt het dan dat zij toch regelmatig ‘langs elkaar heen’ praten of zelfs tegenover elkaar staan? Het antwoord is simpel: de vertrekpunten zijn verschillend en ze spreken niet elkaars taal!  Veel corporaties stellen de huurder centraal, maar door de huurders wordt dit anders ervaren. Hoe komt dat? De context is anders!

De corporatievertegenwoordigers redeneren vanuit de systeemwereld. Die bestaat uit beleid, notities, plannen, visies, procedures en processen en allerlei andere stukken. Woorden en nog eens woorden, zorgvuldig geformuleerd vastgelegd op papier of andere vormen van schrift.  Zij communiceren als professionals en het gebruik van vakjargon en allerlei afkortingen is hen niet vreemd. Dat is logisch, want het is hun werk.

Voor de huurdersvertegenwoordigers ligt dat anders. Zij zijn -vaak hardwerkende- vrijwilligers die zich in hun vrije tijd inzetten om de belangen van de huurders te behartigen. Hun vertrekpunt is de dagelijkse leefwereld: gezin of huishouden, de familie, werk en vrijetijdsbesteding en op gebied van wonen: het huis, de buurt en de voorzieningen die er zijn.  Kortom: de ‘echte’ wereld.

En als deze twee werelden zo verschillend zijn, dan is het niet zo gek dat er in participatieprocessen zo vaak langs elkaar heen wordt gepraat. De corporatiemedewerkers kijken vooral wat het plan voor de corporatie en het maatschappelijk belang oplevert. De huurdersvertegenwoordigers kijken vanuit hun eigen situaties: wat betekent dit plan voor de huurders? Om elkaar goed te kunnen begrijpen moet de kloof tussen systeemwereld en leefwereld worden gedicht.

Als adviseur en ondersteuner probeer ik alert te zijn op de verschillen en bij te dragen aan het overbruggen daarvan. Dat doe ik onder andere door vragen te stellen. Ik ga net zo lang door met vragen stellen totdat ík denk dat de verschillen zo klein mogelijk zijn en ík denk dat verhuurders en huurders elkaar begrijpen. Dat is vaak een inschatting en interpretatie van mijn kant. En soms zit ik er ook wel eens naast.

Verschillen in communicatievormen, belevingswereld en context maken dat een misverstand gemakkelijk kan ontstaan. Mijn tip: wees je bewust van de verschillen, benoem de zaken zoals je die ervaart en blijf doorvragen. Blijf in gesprek en probeer zo dicht mogelijk langs elkaar heen te praten!

Wil je hierover meer weten of met mij in gesprek, neem dan gerust contact met mij op.

Marlies Bodewus
Senior Adviseur Wonen Stade advies
Email: m.bodewus@stade.nl
Tel: 06 51 05 88 14