
Column – Doe zelf eens normaal
Het is alweer 10 jaar geleden dat Wilders en Rutte de toonzetting in de Tweede Kamer naar een ander niveau brachten door elkaar toe te roepen nou eens normaal te doen. Opvallend, omdat de oproep om normaal te doen juist niet normaal was. In het verkeer of bij de opvoeding is zo’n kreet misschien wel alledaags en betrekkelijk onschuldig, maar hij paste niet bij de omgangsvormen in het parlement.
Op de keukendeur bij mijn ouders hing vroeger de poster van de stichting Pandora, met daarop een soort zilverfolie. Als je erin keek zag je boven je hoofd de tekst ‘ooit ‘n normaal mens ontmoet?’, met daaronder: ‘en …, beviel ‘t?’ Voor mijn vader -die door psychische klachten thuis zat- sprak er een soort erkenning uit. Hoeveel liever had hij een been gebroken, zodat het voor iedereen zonder toelichting duidelijk was geweest dat hij geen brieven kon bezorgen. Hij schaamde zich zo voor ‘het niet normaal zijn’, dat er te veel flessen jenever doorheen gingen en dat er door het hele gezin richting de buitenwereld alleen maar over gezwegen mocht worden.