Kwaliteit van samenleven
Op de vraag hoe MEE bijdraagt aan de kwaliteit van samenleven geeft Scalzo aan dat zij een bijdrage levert aan een inclusieve samenleving, waarin een beperking niet bepalend is voor de mate waarin je mee kunt doen. Scalzo: ‘’Het is dubbel. Wij richten ons op mensen met een beperking, maar zouden tegelijkertijd willen dat dat niet nodig is.’’ De expertise zit in het aansluiten en ondersteunen van mensen met een beperking. Dat geldt zowel voor fysieke als psychische en verstandelijke beperkingen. Dat gebeurt bijvoorbeeld vanuit wijkteams, maar ook vanuit stedelijke WMO-loketten. Hier komen vraagstukken betreffende armoede, dak- en thuisloosheid en opvoeding aan de orde, maar bijvoorbeeld ook het helpen met zelfstandig reizen of het helpen om meer te bewegen. Scalzo: “Voor de transities in 2015 waren we vooral actief als onafhankelijke cliëntondersteuners, maar we hebben een echte transformatie doorgemaakt en doen tegenwoordig zo veel meer. We proberen het gewone leven dichterbij te brengen.’’
‘’We proberen het gewone leven dichterbij te brengen.’’
Grootste uitdaging: tweedeling kleiner maken
Door de coronacrisis zijn veel dingen zichtbaarder geworden. Scalzo geeft aan dat hij de ongelijkheid ziet toenemen op vele vlakken, zoals toegankelijkheid van onderwijs, meer armoedeproblematiek, discriminatie etc. Wanneer je een beperking hebt, is dat vaak ook al een reden om achterstand op te lopen. Bovendien heb je dan al snel te maken met vooringenomenheid als dat je niet zou willen participeren. Scalzo: ‘’Het is niet dat deze mensen niet willen, maar ze kunnen het vaak niet.’’ Ook geeft Scalzo aan dat soms te laat gesignaleerd wordt dat het niet om een gedragsprobleem gaat, maar dat iemand cognitief niet mee kan komen. Scalzo: ‘’Het is een uitdaging om dit anders te gaan doen. Er moet meer vanuit vertrouwen en maatwerk aan de slag gegaan worden en ingezet worden op preventie om die tweedeling kleiner te maken.’’ Volgens Scalzo wordt er veel gesproken over preventie en er eerder bij zijn, maar met de invulling daarvan wordt geworsteld. Mede omdat het minder meetbaar is. Scalzo stelde zichzelf de vraag hoe MEE Rotterdam Rijnmond dit beter kan doen. En hoe zij beter de verbinding kan leggen met welzijnsorganisaties, collectieve voorzieningen en zichtbaar zijn voor mensen in de wijk. Scalzo:’’ Wij kunnen nog een voorbeeld nemen aan het jongerenwerk. Er gewoon op afstappen.’’
“In mijn ogen valt er nog veel terrein te winnen.”
Sociaal en medisch verbinden
Momenteel loopt de geestelijk gezondheidszorg vast, omdat er veel vanuit etiketten en behandelen wordt gedacht. Volgens Scalzo is het belangrijk dat het gedrag niet als leidend wordt gezien, maar dat het veel meer gaat over hoe iemand mee kan doen in de dagelijkse praktijk. Scalzo: ‘’Het gaat om het samenbrengen van aan de ene kant het medische model en aan de andere kant het sociale aspect. In veel gevallen is het namelijk dé combinatie. In mijn ogen valt er nog veel terrein te winnen om het sociale aspect meer op de voorgrond te zetten en de verbinding te leggen met de geestelijke gezondheidszorg.’’ Scalzo geeft aan dat als je bijvoorbeeld de armoede oplost – een sociaal aspect – de geestelijke gezondheidszorg misschien niet nodig is, omdat het oplossingsvermogen van mensen verbetert en een stressfactor wegvalt.
“Veel meer op partnerschap gaan inzetten.”
De vorige en de nieuwe Scalzo
Scalzo is vanuit een managementfunctie bij de gemeente overgestapt naar MEE Rotterdam Rijnmond. Hij geeft aan het heel leerzaam te vinden om dezelfde problematiek met dezelfde beste bedoeling nu van twee kanten te kunnen benaderen. Bij de gemeente staan kort gezegd controle, beheersing en risicomijding hoog in het vaandel, ook vanwege politieke gevoeligheden. Daardoor ligt het accent op tarieven en verantwoording. Bij MEE ontdekt hij dat professionals daardoor niet het gewenste maatwerk kunnen leveren. Scalzo: ‘’De overheid moet meer vertrouwen hebben in de aanbieders.’’ Op de vraag wat de Richard Scalzo van MEE Rotterdam Rijnmond tegen de Richard Scalzo van de gemeente zou zeggen: ‘’Ik zou op goede tarieven gaan zitten en ik zou grotere vrijheden geven binnen de opdracht. Neem niet de rol van zorgbepaler over. Geen marktwerking, maar algemene opgaven en veel meer op échte partnerschap gaan inzetten!’’
Erik Vermathen
Directeur Stade Advies
Email: e.vermathen@stade.nl
Tel: 06 10 93 94 04